Ik was net moeder van een prachtige zoon, er was een huwelijk op komst, huwelijksreis, genieten van en met mijn toekomstige man, zoon en familie… Allemaal fantastische dingen toch? Niets stond mijn geluk in de weg.
Maar dan… Na mijn bevalling 17 jaar geleden kreeg ik kraamkoorts. Op dat moment ging alles langs mij heen door de hoge koorts. Een paar weken later kwam de eerst paniekaanval en ik wist niet wat mij overkwam. Na mijn huwelijk, 2 maanden na de bevalling, werden de paniekaanvallen steeds erger. Ik durfde ook niet meer naar buiten, ik zal toch geen postnatale depressie hebben? dus ik ging met lood in mijn schoenen naar de huisarts. Inderdaad een postnatale depressie was de conclusie. Ik kreeg anti depressiva en moest naar de psycholoog. Die anti depressiva was echt verschrikkelijk: de volgende dag was ik aan het overgeven, ik was slap en ik kon mijn zoon niet vasthouden, slappe armen en volledig in paniek. “Die troep neem ik nooit meer!” riep ik. Maar ik moest wel en van de Xeroxat ging ik naar de Prozac, langzaam opbouwen. Maar wat voelde ik me verschrikkelijk!
Ik durfde dus niet naar buiten, maar ik moest. Ik heb een kind op de wereld gezet en die mag ik dat allemaal niet ontnemen. Dus ik verplichte mijzelf en met een verwilderd hoofd vloog ik door de straten heen om boodschappen te doen. Gelukkig kwam toen net de zelfscan bij de AH, dus vloog ik als een idioot door de AH heen met de zelfscan om weer zo snel mogelijk naar huis te rennen.
Ik werd vergeetachtig. Jemig, hoe vaak ik niet eten heb klaargezet en het gas al aandeed, om vervolgens in paniek te zijn omdat ik gas rook. Gelukkig rook ik niet, anders waren we de lucht ingegaan. Ik heb nu dan ook nog altijd een inductiekookplaat, die hebben we puur vanwege die situatie genomen.
Waar veel moeder hun kind afstoten trok ik hem juist erg naar mij toe. Ik was vreselijk bang om dood te gaan, want als ik dood zou gaan zou hij op een gegeven moment juist een andere moeder krijgen. En hij gaat haar mama noemen, hij zal mij niet kennen, maar IK ben zijn moeder! En als hij ooit kinderen krijgt gaat die andere vrouw oma worden van MIJN kleinkinderen!
Ondertussen kwam Oud en Nieuw. Ik zit met mijn vingers in de oren in elkaar gedoken. De wereld vergaat, ik ga dood! Natuurlijk weet ik het wel… Het is Oud en Nieuw, het is vuurwerk, maar ik kon het niet relativeren. Ik voelde me verschrikkelijk, en zo enorm bang. Want stel dat ik toch gelijk heb?
Toen ik 6 weken aan de anti-depressiva zat werd ik ‘s nachts wakker omdat mijn zoon huilde, want ik moest hem voeden. Daarna ging ik weer liggen. Ineens brak het zweet mij uit en ging mijn hart tekeer. Ik was zo verschrikkelijk bang en ik vloog uit bed. Ik wist dat mijn vader nachtdienst had, dus ik belde hem en ik dwong mezelf naar het geluid van het overgaan van de telefoon te luisteren. “Het komt goed, het komt goed” zei ik tegen mezelf. Mijn vader nam op. “PAPA! Ik krijg een hartaanval, mijn hart gaat tekeer, ik ben zo duizelig, ik ben zo bang!” Mijn vader praatte rustig met me om te relativeren, het was niet zo. “Beloof je dat” Ga ik echt niet dood? Maar wat als het nou wel gebeurt? Wat als ik nu wel gelijk heb?” Maar uiteindelijk kwam de rust en ging mijn hartslag weer omlaag. We hingen op en ik ging naar bed en viel in slaap.
‘s Ochtends werd ik wakker en ik voelde me zo vreemd en ik dacht weer na, want waardoor voel ik mij anders? Waarom voel ik mij zo licht? Die nacht is waarschijnlijk de anti-depressiva goed gaan werken en ik was niet meer bang, alsof er een knop om was gegaan. Ik ging naar de winkel en ik had die zelfscan niet nodig. Vol trots belde ik mijn ouders “ik ben naar de winkel geweest en ik heb in de rij bij de kassa gestaan, whooo!”
Maar de angsten waren zeker nog niet voorbij. Bij een blauwe plek dacht ik direct aan leukemie en de dood. Bij elk pijntje dacht ik aan kanker en dood gaan. Hypochondrie noemen ze dat. Dus ja, ik ben nog altijd aan de anti-depressiva. Zelfs nu heb ik nog angstaanvallen, al is het veel minder en heb ik er veel meer controle over. Dit is ook mede dankzij de kennis die ik op heb gedaan. Ik ben mij gaan verdiepen in hormonen, ons brein, voeding en ik lees regelmatig wetenschappelijke rapporten. Vooral in het begin kon ik boos worden, waarom werden bepaalde dingen mij niet al voor en in de zwangerschap verteld, want dan had ik dingen zo anders aangepakt. Voor mij geldt dat nu natuurlijk niet meer, maar ik kan wel andere vrouwen inlichten hoe je de kans op een depressie kan verkleinen of zelf helemaal voorkomen. En als je het hebt, dan kan je ook aanpassingen doen en de oorzaak bij de kern aanpakken.